Wanneer men hyperthyreoïdie vermoedt, is een diagnose meestal snel gesteld.
In de meeste gevallen zal de dierenarts voelen dat de schildklier vergroot is.
In sommige gevallen kan de schildklier niet zo gemakkelijk gevoeld worden. Dit kan voorkomen als het schildklierweefsel elders is gelokaliseerd, meestal in de borstkas van de kat.
Om de diagnose van hyperthyreoïdie te bevestigen zal uw dierenarts een bloedstaal nemen om de concentratie van het T4 hormoon bij uw kat te bepalen. Het meten van het gehalte aan T4 in het bloed is de meest nauwkeurige test om de diagnose te bevestigen.
Hyperthyreoïdie komt zoals eerder aangegeven vooral bij oudere katten voor. Het wordt daarom aangeraden om ook andere bloedtesten te laten uitvoeren om te controleren of alle organen nog goed werken en er zeker van te zijn dat de kat geen last heeft van andere ziekten of problemen. Het wordt bijvoorbeeld aangeraden om ook de nierwaarden in het bloed regelmatig te controleren.
Bijkomende bloedonderzoeken zijn vooral belangrijk omdat andere ziekten een succesvolle behandeling van hyperthyreoïdie in de weg zouden kunnen staan.
